In de doop ontvangt een mens vergeving van zonden. Eenmaal gedoopt, blijft het leven van een christen niet zonder zonde. Het sacrament van boete en verzoening biedt de gelegenheid om ten overstaan van een priester je zonden te belijden, in het vertrouwen dat de Heer bereid is je opnieuw te vergeven. De priester moet zich houden aan een biechtgeheim. Wat je hem toevertrouwt, mag hij niet onthullen aan derden.
Het is God die in dit sacrament zijn vergeving schenkt. Hij heeft het dienstwerk van de verzoening aan zijn Kerk toevertrouwd. In de loop der eeuwen heeft de concrete vorm van dit dienstwerk van de Kerk variaties gekend. In de eerste eeuwen moest men bij zware zonden in het openbaar boete doen, soms jarenlang. In de 7e eeuw introduceerden Ierse monniken een besloten manier van belijdenis en boete doen, in een besloten ontmoeting tussen de boeteling en de priester: de zogeheten oorbiecht. Dit maakte een regelmatig ontvangen van het boetesacrament mogelijk. Tot op de dag van vandaag wordt op deze wijze het sacrament van boete en verzoening in de Kerk gevierd. In het verleden spraken we van ‘de biecht’ maar omdat dit sacrament niet alleen gaat over het opbiechten van je zonden maar juist om vergeving, noemen we het tegenwoordig het sacrament van Boete en Verzoening.
Door de vergeving van zonden wordt de gebroken gemeenschap tussen God en de boeteling hersteld. Ook wordt de band tussen de zondaar en de Kerk vernieuwd. Immers, de Kerk die als gemeenschap geroepen is tot heiligheid ondervindt schade van de zonden die individuele gelovigen begaan. Telkens wanneer een zondaar zich bekeert en Gods vergeving ontvangt, dan gaat hij opnieuw over van de dood naar het leven.
Geen mens kan zeggen dat hij of zij zonder zonde is. We maken allemaal wel eens fouten; soms banale dingen, soms erger. Het is altijd goed en lovenswaardig vergeving te vragen en vergeving te schenken. Want daar waar vergeving achterwege blijft, blijft er onvrede en onmin en vaak gaat het dan van kwaad naar erger.
Verzoening is een positief en een vreugdevol gebeuren. Omdat elke zonde (zonde = een fout tegen de liefde) uiteindelijk een belediging is van God, die één en al liefde is, verbreekt zij de vriendschap met God. Hij heeft ons het eerst liefgehad ( 1 Joh. 4,19). Om die vriendschap te herstellen, kunnen wij het Sacrament van boete en verzoening ontvangen. In dit sacrament vragen en ontvangen wij vergeving van God (dit is de verzoening) en trachten wij het gedane kwaad of onrecht te herstellen (dit is de boete).
De veertigdagentijd, die voorafgaat aan het paasfeest, is hét moment om ‘schoon schip’ te maken en de vreugde te ervaren van de verzoening met God. Ook de advent, die ons voorbereidt op Kerstmis, is een uitstekende periode om ons te bezinnen op ons leven. Horen wij Johannes de Doper niet zeggen in de adventslezingen: “Bereid de weg des Heren, maak alle paden recht. Elke heuvel moet geslecht worden en elk dal gevuld.”
In de voorbereidingstijd van Kerstmis en Pasen is er daarom veelal op een doordeweekse dag een boeteviering. Hierin denken we samen na over het leven en hoe wij daarin staan; hoe ons denken, handelen en spreken zich verhouden tot de liefde waar God voor staat. Een boeteviering is echter niet het sacrament zelf, maar een viering van bezinning en een goede voorbereiding op het persoonlijk ontvangen van het sacrament.
Na elke boeteviering is er gelegenheid tot het ontvangen van het Sacrament van verzoening in een kort persoonlijk gesprek met de priester. Dit gesprek vindt plaats op een plek waar anderen u niet kunnen zien of horen, in alle intimiteit die daarvoor nodig is.
Voor een persoonlijk biechtgesprek kunt u een afspraak maken met pastoor van der Laer (06 38 68 39 41) of via onze teamassistente Rian Lauwen (rian.lauwen@hmaria.nl). Voorafgaand aan Kerstmis en Pasen zal er tevens biechtgelegenheid in beide kerken zijn. Houdt hiervoor de website of de nieuwsbrief in de gaten.
Helpt u mee om het belangrijke werk van onze parochie door te laten gaan?
Maak vandaag nog een gift over. Dank u wel !